Geluid van buiten

Aanbeveling 71
Neem, na overwegingen t.a.v. de situering van de school afdoende geluidswerende maatregelen rond muren, ramen en andere gevelopeningen

Hoofdstuk (thema)
Bouwen en indelen (geluid / lawaai en akoestiek)

Wegens
zintuiglijke problemen (geluid), zwak voorstellingsvermogen, verstoord waarnemingsvermogen

Teneinde
verstoring van de leersituatie door geluidsoverlast te verminderen.

Uitwerking
Zoals vrij uitvoerig besproken onder het thema lawaai en akoestiek, vormt geluid een van de, zo niet de belangrijkste, zintuiglijke belasting die vooral op scholen zeer sterk aanwezig is. Zie voorts de inleidingen van de andere aanbevelingen onder dit thema over binnengeluiden, trappenlawaai en nagalm dempen in de klas.

Buitengeluiden betreffen doorgaans vooral verkeerslawaai (vliegtuigen, motorvoertuigen, treinen en trams – in die volgorde van hinderlijkheid), maar er kunnen ook andere externe geluidsbronnen zijn.
Het is dan ook begrijpelijk dat geluidoverlast uit de omgeving een van de vele doorslaggevende overwegingen is bij de keuze van een geschikte locatie voor een school. (Zie aanbeveling 4.) In Nederland is voor de verkrijging van een bouwvergunning een akoestisch rapport een voorwaarde. Daarin wordt een analyse gepresenteerd die bewijst dat wordt voldaan aan de eisen van de Wet Geluidhinder in combinatie met die van het Bouwbesluit. Eisen aan het geluidweringsnivo van de gevel maken daarvan deel uit. Voor een globale indruk: voor het geluidsniveau binnen geldt een grenswaarde van 40 decibel; aangezien de minimale geluidwering van een nieuw gebouw geacht wordt 20dB te zijn, mag het externe niveau zonder extra maatregelen 60dB te bedragen. (Zie hier voor enige toelichting op de technische aspecten.)

Uit een uitgebreid onderzoek bij 142 Londense scholen blijkt echter dat deze limieten vaak worden overschreden. Het liet zien dat bij 86% van deze scholen het gemiddelde externe geluidsniveau 57dB was. Een gemiddelde dat zo dicht bij het maximum ligt, betekent dat dit in een significant aantal gevallen wordt overschreden. Om acceptabele geluidsniveaus te bereiken dient er nog veel aan extra geluidsisolatie te worden gedaan.

We moeten hier wel een enigszins merkwaardige nuancering aanbrengen. Een andere uitkomst van dit onderzoek was namelijk dat buitengeluiden meestal worden overstemd door het binnengeluid dat leerlingen zelf maken; de externe geluidshinder werd alleen ervaren gedurende de zeldzame stille perioden in de klas.
Niettemin zijn extra geluidsisolerende maatregelen nodig teneinde op zijn minst de wettelijke normen te benaderen. En dit geldt des te meer als er (mede) voor autistische en andere leerlingen wordt gebouwd die extra gevoelig zijn voor lawaai, aangezien de normen gelden voor de gemiddelde leerling.

Ofschoon bouwkundige maatregelen en te gebruiken materialen de competentie zijn van de architect, ontlenen we de volgende suggesties aan de literatuur:

  • Aansluiting van deur en kozijn, dichting van deuren
  • Dubbel glas / voorzetruit op 10 cm
  • Ventilatieroosters met een geluidsslot
  • Bij een vrijstaand huis een spouw van minimaal 20 cm
  • Het gebruik van geluidswerende bouwblokken.

 

*

in die volgorde / uitgebreid onderzoek

Zie Shield, Bridget & Julie E. Dockrell, External and Internal Noise Surveys of London Primary Schools, London South Bank University, Faculty of Engineering Science and Technology, 2003. PDF

 

error: