Kleurtoepassingen voor matig kleurgevoeligen

Kleurtoepassingen voor matig kleurgevoeligen

Aanbeveling 116
Zorg voor een evenwichtig kleurschema, vermijdt sterke contrasten en schreeuwende en sterk reflecterende kleuren

Hoofdstuk (thema)
Inrichting (kleur)

Wegens
matige zintuiglijke overgevoeligheid (voor kleur)

Teneinde
over-stimulering en stress te vermijden.

Uitwerking
In het thema ‘kleur’ wordt besproken dat de overgevoeligheid voor kleuren over het algemeen toeneemt met de ernst van het autisme. (Er zijn echter uitzonderingen op deze regel in beide richtingen: mensen met minder ernstig autisme kunnen soms grote problemen hebben met kleur en andersom.)

Omdat het niet nodig is om voor ieder vergaande kleurmaatregelen te nemen, worden hier aanbevelingen gedaan die voor iedereen op het spectrum nuttig kunnen zijn. Aanbeveling 117 betreft verdergaande maatregelen. Het is dan ook zaak om zich van de kleurgevoeligheid van de betreffende te vergewissen. (Tussenoplossingen zijn uiteraard ook mogelijk.)

Het verdient aanbeveling om de kleuren in huis in hun geheel te bezien: passen ze voldoende bij elkaar, zijn de contrasten niet te groot?
Voorts is het aan te raden om zachte, gedekte en/of pastelkleuren toe te passen en sterk reflecterende kleuren te vermijden.
Over het algemeen zijn kleuren aan de koele (laagfrequente) kant van het spectrum aan te raden, dat wil zeggen blauw, groen en ook wit. Kleuren met hogere frequenties, dat wil zeggen geel en rood, werken vaak over-stimulerend en kunnen zelfs stress-verwekkend zijn.

Het komt geregeld voor dat kinderen en jongeren, in afwijking van het voorgaande, een voorkeur hebben voor specifieke sterke kleuren. Teneinde de andere huisgenoten daarmee niet overmatig te belasten, wordt aangeraden dergelijke voorkeuren in de eigen kamer uit te leven.

Kleurgevoeligheid is een complexe kwestie waarop in het thema ‘kleur’ verder wordt ingegaan.

error: